Tweehonderdvijftig jaar na haar eerste verschijning (1748) heeft Fanny Hill nog niets van haar charme verloren. Tientallen generaties lezers hebben zich aangenaam laten verrassen door de spontane en openhartige wijze waarop Fanny in twee brieven haar amoureuze en seksuele lotgevallen vertelt, vanaf het moment dat zij haar intrede doet in het verdachte huis van mevrouw Cole, tot aan haar huwelijk. In de erotische literatuur is Fanny klassiek geworden, veel nagevolgd in andere romans, maar nooit meer overtroffen. Ze is en was het prototype van de vrouw die weliswaar 'gevallen' is, maar die haar 'hart van goud' nooit zal verloochenen. Hoewel John Cleland, die het boek schreef terwijl hij wegens schulden een gevangenisstraf uitzat, met Fanny en haar belevenissen een ideaalbeeld schetste en zeker geen realistische weergave gaf van de harde werkelijkheid van zijn tijd, is Fanny Hill als roman vrijwel altijd ondergewaardeerd geweest en uitsluitend beoordeeld als wellustig en verderfelijk. Nu het boek niet langer onder de toonbank hoeft te liggen kan het bock van Fanny Hill ook genoten worden als een degelijke literaire prestatie, als een verhaal dat alles vertelt en daarvoor mooie namen kiest. 'De hoofdweg van het verlangen' is een van die vele poëtische namen die Cleland in zijn cel bedacht, en die wellicht de beste samenvatting is van het gehele bock.
Fanny Hill is voorzien van een nawoord door Ed Schilders.
Twan Huys op de vraag van welk boek hij rode oortjes krijgt: "Dat las ik te jong. Het stond verstopt bij m'n ouders achter de Grote Oosthoek encyclopedie." – Bron
Als abonnee van de Boekdelen nieuwsbrief ontvang je maximaal 1x in de week de beste leestips en interviews in je mailbox. Bovendien maak je iedere maand kans op gratis boeken!
Boeken aanbevolen door succesvolle, interessante en inspirerende mensen in Nederland en België