'Lijm' is het verhaal van vier jongens die opgroeien in de achterbuurten van Edinburgh.

Terry Sap is een werkschuwe rokkenjager met pijpenkrullen en eeuwig kleverige vingers. Billy de bokser is beheerst, gedreven, op zichzelf, overtuigd van eigen kracht. Carl de dj, chilling out, zwevend op zijn zelfgemaakte soundtrack. En Gally, die altijd aan het kortste eind trekt en elke keer als hij de hoek omslaat tegen een ramp op loopt.

Welsh volgt de vier vanaf de jaren zeventig tot in de nieuwe eeuw - van punk tot technohouse, van speed tot xtc. Ze vechten tegen de door klasse en cultuur opgelegde patronen, tegen de invloed van hun ouders en leeftijdgenoten. Loyaliteit houdt de vier bij elkaar, en de mores van de straat: steun je maten, sla geen vrouwen en - bovenal - verlink elkaar never.

Een volwassen boek over volwassen worden en wat er gebeurt als de dingen uit elkaar vallen, als je elkaar loslaat. Met het van Welsh bekende stuwende verteltempo, de spetterende dialogen, scabreuze taferelen en inktzwarte humor.